Wendy en haar kinderen zijn genezen van corona: ‘Wat wij de afgelopen weken hebben meegemaakt, was heel beangstigend’
Hoge koorts, overal pijn, doodmoe en bijna geen lucht – Wendy (39) voelde zich ronduit verschrikkelijk toen ze het coronavirus te pakken had. Maar het ergste was nog wel dat een paar dagen later ook haar dochter Sofie (3) en haar zoontje Sem (6 maanden) ziek werden. Inmiddels zijn ze gelukkig genezen, al kwakkelt de kleine Sem nog steeds. Wendy: ‘Fysiek was het heel zwaar, maar het mentale aspect vond ik ronduit slopend.’
“Het blijft bizar. Zo weet je nog van niks, zo heb je het dodelijkste virus van dit moment te pakken. Als je me dit eerder had voorspeld, had ik je nooit geloofd. En toch is de pandemie een feit: het coronavirus woedt overal ter wereld. Mijn gezin en ik hebben het aan den lijve ondervonden en we zijn nog steeds herstellende.
Ons verhaal begint op maandag 9 maart 2020. Ik ben zzp’er en was een kleine week eerder begonnen aan een nieuwe opdracht in een ziekenhuis in het oosten van het land. Niet als verpleegkundige of iets dergelijks, maar ter ondersteuning van de raad van bestuur. Ik ben toen dus niet op verpleegafdelingen geweest en werkte op een heel andere afdeling. Toch zou het kunnen dat ik daar besmet ben geraakt. Echt zeker weten doe ik het niet, want het kan net zo goed in de supermarkt gebeurd zijn of tijdens de zumbalessen. Het rare is ook dat het coronavirus in die tijd nog bijna niet heerste in het oosten van het land.
Maar op maandagavond 9 maart voelde ik me opeens niet zo lekker. Het was een beetje een raar gevoel en omdat ik het niet echt kon plaatsen, besloot ik op tijd naar bed te gaan. Die nacht barstte het los. Badend in het zweet werd ik wakker met heel hoge koorts. Ook had ik erge spierpijn en hoofdpijn. Het zal toch niet, dacht ik nog. Omdat ik al wat dingen had gelezen en gehoord over corona, belde ik de huisarts en legde ik mijn klachten aan hem voor. ‘Dat klinkt inderdaad als corona,’ zei de huisarts en hij verwees me direct door naar de GGD.”
Chaos
“Bij de GGD bleek het een chaos te zijn. Toen ik belde, had de GGD-arts naast mij nog drie andere mensen aan de lijn. Op de achtergrond hoorde ik hem vragen wie van de vier het spoedgeval was. Hij vroeg me of ik contact had gehad met iemand die besmet was. Nee, dat was niet het geval. Ook was ik niet in een risicogebied zoals Italië geweest. Bovendien was ik bijna nooit ziek. Dat ik nu dus ineens veel uiteenlopende en zware klachten had, was niet normaal voor mij.
Nadat ik mijn zorgen had uitgesproken, bevestigde de GGD-arts dat ik inderdaad waarschijnlijk corona had. Het probleem was alleen dat ik niet getest kon worden, want er waren te weinig testen beschikbaar. Destijds begreep ik daar weinig van. Hoezo te weinig testen? Zo veel mensen waren er toch nog niet ziek? Maar nu begrijp ik wel dat de beste man ook aan de regels gebonden was. Aan het begin van de coronacrisis werd er inderdaad nog niet zo veel getest. Pas als je aan de twee belangrijkste criteria voldeed, was je een risico en had je kans dat je het had.
Ik kreeg het dringende advies om thuis te blijven en goed uit te zieken. Meer kon de GGD helaas niet voor mij doen. Verward hing ik weer op. Corona… ik? Wat nu?”
Benauwd
“Veel tijd om na te denken had ik echter niet, want mijn klachten werden al snel erger. Ik was echt doodziek en ontzettend moe. Het enige wat ik kon doen, was de hele dag in bed liggen. Een week lang had ik dag en nacht rond de veertig graden koorts en ik voelde me heel zwak. Op de achtste dag was de koorts plotseling over. Eindelijk voelde ik me weer een beetje beter, maar toen begon het hoesten en kreeg ik last van benauwdheid. Het waren zulke zware hoestbuien, ik had echt het idee dat mijn longen werden dichtgeknepen.
Op een gegeven moment kreeg ik zelfs heel veel moeite met ademen. Opnieuw belde ik de huisarts en ik vertelde dat ik bijna geen lucht kreeg. Twee dokters, gekleed in een speciaal beschermingspak, inclusief mondkapje en plastic handschoenen, kwamen thuis bij me langs. Mijn saturatie – het zuurstofgehalte in het bloed – bleek vierennegentig procent te zijn. Gezonde mensen hebben normaal gesproken een saturatie van vijfennegentig tot honderd procent, dus ik zat er net onder. Helaas konden de artsen er weinig aan doen. Er waren nog geen medicijnen die hielpen bij deze klachten, dus het enige wat je als patiënt kon doen, was rustig blijven en goed uitzieken.”
Niet uit te leggen
“Ondertussen hadden twee van mijn drie kinderen het virus ook te pakken. Op 13 maart, vier dagen nadat ik ziek was geworden, werd eerst mijn driejarige dochtertje Sofie ziek. Later die dag kreeg ook Sem, mijn jongste van zes maanden, klachten. Ze hadden allebei heel hoge koorts en waren erg zwak en doodmoe. Noah, onze oudste van vier, bleef het virus bespaard. Ook mijn man had gelukkig niks. Die sliep al vanaf het moment dat ik ziek was geworden uit voorzorg op de bank. We konden het ons niet veroorloven dat hij ook ziek zou worden. Wie zou er anders ons gezin en huishouden draaiende moeten houden?
Het was geen optie om Noah en mijn man te scheiden van mij en de andere twee kinderen. Hoe leg je nou aan zulke kleine kinderen uit dat ze voorlopig niet meer bij elkaar in de buurt mogen komen, laat staan elkaar aanraken? Dat is voor kinderen moeilijk te begrijpen. Gelukkig was de kans groot dat mijn man en Noah niet meer besmet zouden raken, want anders was dat vast al eerder gebeurd. Of wie weet hebben ze het virus wel gehad, maar dan zonder verdere klachten.”
Steun
“We zaten thuis in quarantaine, dus we mochten buiten ons eigen gezin met niemand contact hebben. Gelukkig werden we goed verzorgd van buitenaf. Zo deed mijn lieve schoonzus onze boodschappen, die ze vervolgens bij de voordeur neerzette. Ook mijn volwassen neefje was een grote steun toen hij onze medicijnen bij de apotheek ophaalde. En opa en oma liepen ook dagelijks langs om even te vragen hoe het met ons ging en te zwaaien voor het raam.
Nadat Sofie een paar dagen alleen maar had geslapen, knapte zij godzijdank weer op. Nu speelt ze weer zoals vanouds, zij het wel binnen of in onze tuin. Met Sem is het een ander verhaal. Hij kreeg net als ik veel last van benauwdheid en we zijn meerdere keren met hem naar de huisarts geweest. Daar bleek zijn saturatie steeds rond de negentig te zijn. Te laag dus, maar nog niet erg genoeg om in het ziekenhuis opgenomen te worden. Volgens mijn huisarts, en de verschillende artsen op de huisartsenpost die Sem onderzocht hebben, was dat een belangrijke afweging. Ja, Sem had moeite met ademhalen, maar thuis was hij waarschijnlijk veiliger dan in het ziekenhuis, waar hij nog meer kon oplopen. Hoe vreselijk het ook is om je kind zo ziek te zien, het gaf me toch ergens rust dat Sem nog niet in het ziekenhuis werd opgenomen. Als hij écht aan de zuurstof moest, zouden ze daar vast niet te lang mee wachten.
Op dit moment zijn we nog steeds vooral met Sem in de weer, want zijn saturatie is nog steeds niet op het gewenste niveau. Met mij gaat het weer wat beter. Ik hoest nog wel, maar die zware aanvallen van benauwdheid zijn gelukkig voorbij. Het is echt met geen pen te beschrijven hoe belabberd en rot ik me heb gevoeld. En dat was nog niet eens het ergste. Ik vond het vooral verschrikkelijk dat mijn kinderen ziek waren. Als moeder wil je zo graag iets voor ze doen, maar je kunt gewoon niks als je zelf zo ziek bent.
Het ergst vond ik het als Sem naar de spoedeisende hulp moest. Omdat ik zelf ziek was, kon ik niet mee en moest mijn man alleen met hem gaan. Natuurlijk voelt zijn vader voor Sem net zo vertrouwd als ik, maar voor mijn gevoel klopte het gewoon niet. Normaal gesproken houd ik overal de controle over en nu moest Sem opeens met spoed onderzocht worden zónder mij. Wat voelde ik me op die momenten waardeloos. Ik was weliswaar thuis bij de andere kinderen, maar ik wist dat Sem mij op dat moment harder nodig had dan zij. Hij was ook pas zes maanden oud!
Gelukkig wist mijn man wat hij deed. De afgelopen twee weken kwam echt alles op hem neer en hij heeft het geweldig gedaan. Het is nog best een wonder dat hij zelf niet ziek is geworden. Meestal is hij de eerste die de verkoudheden van de kinderen oppikt, maar deze keer had hij gelukkig nergens last van.”
Onzichtbare vijand
“Normaal gesproken ben ik echt heel nuchter. Als er iemand in ons gezin ziek is, ben ik nooit in paniek. Ik weet dat goed uitzieken over het algemeen de beste remedie is. Maar wat wij de afgelopen weken thuis hebben meegemaakt, was heel beangstigend. Je bent echt aan het vechten tegen een onzichtbare vijand.
Nu ik al meer dan vierentwintig uur klachtenvrij ben, mag ik in principe weer naar buiten, maar ik blijf voor de zekerheid nog een extra week binnen. Net als de rest van ons gezin. De kinderen komen nog steeds niet verder dan onze achtertuin.
Wat ik niet begrijp, is dat sommige mensen vooral aan het begin van de pandemie steeds zeiden dat het ‘slechts een griepje’ was. Dat is het dus absoluut niet, maar waarschijnlijk snap je dat pas echt als je het zelf aan den lijve hebt ondervonden.
Toen Nederland massaal naar het strand ging, heb ik vol ongeloof naar het nieuws zitten kijken. Ik dacht: jongens, waar zijn jullie mee bezig? Met zo’n besmettelijke ziekte is met z’n allen even lekker samen uitwaaien toch het stomste wat je kunt doen? Ik hoop van harte dat deze mensen niet hoeven mee te maken wat wij hebben meegemaakt.
Ziek zijn door het coronavirus is echt geen pretje. Fysiek was het heel zwaar, maar het mentale aspect vond ik ronduit slopend. Ik had totaal geen idee wanneer en óf de kinderen en ik weer beter zouden worden. Ik ben dan ook heel dankbaar voor het feit dat we er weer bovenop zijn. Dat Sem nog kwakkelt, vind ik wel een beetje eng, maar ik heb toch goede hoop dat hij ook weer helemaal herstelt.”
Advies
“Ze zeggen dat je immuun bent als je eenmaal corona hebt gehad. De kans zou negenennegentig procent zijn dat je het niet nog een keer krijgt. Daar heb ik nog wel wat vraagtekens bij. Want wie garandeert dat? Is er ook echt wetenschappelijk bewijs voor of is het meer een aanname? Ik hoop dat het klopt, want ik zou heel graag willen meehelpen waar dat nodig is, en als je eenmaal immuun bent, gaat dat natuurlijk een stuk makkelijker dan wanneer je dat niet bent.
Soms denk ik wel dat de scholen misschien iets eerder dicht hadden gekund. Zelf had ik Noah uit voorzorg de vrijdag voor de sluiting al thuisgehouden. Maar dat is achteraf natuurlijk makkelijk praten. Ik zou nu niet in de schoenen van de premier willen staan. Wat een ongelooflijk zware taak heeft hij momenteel. En niet alleen hij, maar ook alle zorgmedewerkers. De mensen die ons geholpen hebben en nu nog talloze anderen helpen. Zij zijn echte helden!
Ik heb er vertrouwen in dat deze pandemie overwonnen zal worden. Er komt vast iets wat dit vreselijke virus kan stoppen. Toch wil ik nog graag iets tegen de rest van Nederland zeggen: onderschat corona niet. Dat kan wat mij betreft niet vaak genoeg gezegd worden. Doe wat de overheid zegt en blijf zo veel mogelijk binnen. Wij zijn gelukkig hersteld, maar neem maar van mij aan: dit wil je écht niet meemaken!”
Tekst: Renée Brouwer – Foto: Danique Wilens