Petra Possel verhuisde van Amsterdam naar Friesland
Op 18 september 2012 verliest Petra Possel (56) geheel onverwacht haar man Jan. Zijn einde betekent voor Petra ook de start van een nieuw leven. In een klein Fries dorpje aan het IJsselmeer vindt Petra de rust waar ze zo hevig naar verlangt en kan ze opnieuw gelukkig zijn. “Na Jans dood was ik me plotseling bewust van de eindigheid van dingen.”
“Mijn dochter Romy van 25 woont in Amsterdam, net zoals mijn tweede man Pieter. Onlangs waren we een jaar getrouwd. Ik was niet zo van het trouwen, maar met hem voelde het direct goed en waarom zouden we dan wachten? Mijn liefde voor Pieter overrompelde me. Ik had er niet op gerekend weer verliefd te worden. Ik vind het fantastisch om met hem samen te zijn, onze liefde is een geschenk uit de hemel. Ik ontmoette Pieter via mijn werk, ikzelf was toen al uit Amsterdam vertrokken en woonde in Friesland. Ik schrijf onder andere restaurantrecensies en zocht een assistent om mee uiteten te gaan. Pieter is privé kok en was de ideale kandidaat. We kunnen uren over eten praten, dat was vanaf het begin al zo. Het klikte direct tussen ons. Vanaf de eerste keer dat we samen uiteten gingen, voelden we ons thuis bij elkaar. We hebben beiden onze vorige partner verloren aan de dood. Pieter werd weduwnaar op zijn 43e, ik toen ik 48 was. De dood van mijn eerste man Jan kwam totaal onverwacht, er ging geen slopende ziekte of lang ziekbed aan vooraf. Zijn dood overviel me enorm. Dood was voor later, toch niet voor nu? Ik schreef een boek over die verwarrende periode na Jans dood, over mijn eerste jaar als weduwe: Vrouw in de rouw. Dat boek was een noodzaak, het schreef zichzelf, het ontstond uit een innerlijke drang. Het was een heel persoonlijk verslag en eigenlijk is De stad uit ook best persoonlijk geworden. Ik heb wel getwijfeld over de vorm die het boek moest hebben, maar besloot het toch op deze manier te doen. Ik wilde geen ‘grappig boek’ schrijven over mijn belevenissen op het platteland, het mocht geen aapjes kijken worden, het moest authentiek zijn en dat is het ook geworden. Het boek is niet alleen het verhaal van mijn vertrek uit de stad, het is veel meer dan dat, het is eigenlijk het vervolg op Vrouw in de rouw. Na Jans dood ontstond bij mij de behoefte aan een ander leven. Ik had dertig jaar onafgebroken hard gewerkt, mijn leven was druk en hectisch, maar toen ik weduwe werd, werd ik me ineens bewust van de eindigheid van dingen. Ik geloof niet in de maakbaarheid van het leven. Je kunt de regie zelf niet hebben, dingen overkomen je. Jan was zomaar in één keer dood en na zijn overlijden realiseerde ik me dat ik verandering nodig had. Ik wilde in een andere versnelling gaan leven. Vrij van ballast, zonder de dingen die me onrustig maakten en me zoveel tijd, geld en energie kostten. De stad zelf was niet moeilijk, maar het leven daar met al die mensen en impulsen was dat wel.”
Romantisch beeld
“De keuze om in Friesland te gaan wonen was een bewuste. Ik wilde mijn leven versimpelen en vond daarvoor hier de ruimte. Ik nam afscheid van de stad, de vele verplichtingen, hoge kosten van levensonderhoud, maar bijvoorbeeld ook van mijn werk als radiopresentatrice van Kunststof. Ik wilde goedkoper wonen en hier kon dat. En hoewel ik geen Friese roots heb, heeft deze provincie en vooral het prachtige IJsselmeer me altijd getrokken. Ik ben geboren aan het IJsselmeer, in Harderwijk. Mijn ouders waren Groningers die later verhuisden naar Twente. Ze vinden het heel leuk dat ik nu hier woon, al is de afstand ook voor hen praktisch gezien wel een obstakel. Maar spijt van mijn beslissing om naar Friesland te verhuizen en het drukke, onrustige stadsleven in Amsterdam achter me te laten heb ik nooit gehad. Twijfels of ik hier zou kunnen aarden en gelukkig zou kunnen zijn, had ik soms wel, maar inmiddels weet ik dat ik hier oud kan worden. Ik wil tussen deze mensen blijven wonen, ik voel me hier thuis en ben weer gelukkig. Ik heb een ander soort inzicht op waardevol leven gekregen. Het leven wat ik leidde was ongezond, druk en vol met prikkels. Ik verlangde naar een ander leven. Ik wilde een rozentuin en die heb ik nu. Ik wilde ruimte en die ervaar ik iedere dag, ik loop naar de dijk en verbaas me elke keer weer over het prachtige uitzicht dat altijd weer anders is. Ik had wel een vertekend beeld van sommige dingen op het platteland. Zo dacht ik bijvoorbeeld dat je met je fiets van boer via kaasboer naar tuinder kon fietsen voor je boodschappen. Ik zag me al helemaal fietsen met mijn mandje voorop, maar het werd me al heel snel duidelijk dat dat romantische beeld een illusie was. Het waait hier meestal zo hard dat fietsen geen optie is en locaties liggen zover uit elkaar dat je uren bezig zou zijn en vele kilometers zou moeten afleggen om je dagelijkse boodschappen te doen. De meeste Friezen gaan gewoon naar de dichtstbijzijnde grote supermarkt en doen daar voor een week boodschappen.
Bij de voordeur staan de klompen van Jan, ik heb ze daar neergezet toen ik hier kwam wonen. Ik vind het een geruststellende gedachte om hem nog in mijn leven te hebben door dit soort dingen. Ik geloof niet in een leven na de dood, ik geloof alleen in het aardse leven, in het bestaan zelf. Ik weet dat de dood het einde is. Ik heb het zien gebeuren op Jans sterfbed. Alles verdween uit zijn gezicht, alleen zijn lichaam bleef achter. Wat mooi is, is dat Pieter en ik grappen kunnen maken over onze overleden geliefden. Liefdevolle, tedere grappen en dat kan omdat we allebei weten hoe het voelt en wat het betekent je partner te moeten verliezen aan de dood. Door over hen te praten zijn ze nog in ons leven.
Ik heb mijn geliefde oude arbeidershuisje heel impulsief aangekocht. Het was liefde op het eerste gezicht voor mij. Soms vraag ik me af wat Jan er van gevonden zou hebben, maar ik denk dat hij wel gevallen zou zijn voor de romantiek van het huis en de locatie. Veel mensen vonden er iets van toen ik dit huis kocht. Ik heb naar hen geluisterd hoor, maar ik had het toch wel gedaan. Ik heb zelf besloten deze stap te zetten en heb me niet laten leiden door wat anderen zeiden.
Mijn dochter Romy was het huis uit toen ik besloot te verhuizen, dat speelde wel een rol voor mij. Romy vindt mijn huis en de plek heel leuk, maar het is voor haar wel lastig om hier te komen. Ze heeft geen rijbewijs en houdt niet van auto’s. Ze komt met het openbaar vervoer, maar dat is nogal een toestand, want er rijdt nog steeds geen trein over de Afsluitdijk. Mijn man Pieter woont in Amsterdam en ik hier. Ook met mijn eerste man woonde ik niet samen, hij had een heel ander dagritme dan ik. Bovendien woonde mijn dochter bij mij in en Jan was niet haar biologische vader. Jan en ik woonden wel vlakbij elkaar. Toen het huis tegenover hem te koop stond heb ik dat gekocht. Ik moet voor mijn werk regelmatig in Amsterdam zijn en dan verblijf ik bij Pieter. Als ik in Friesland ben, komt hij bij mij en zo voegen we het beste van twee werelden samen.
Doorstart
“Voor iemand die graag uiteten gaat en graag in een café of koffiehuis een drankje drinkt is het een beetje aanpassen. Hier in Friesland zijn lang niet alle restaurants de hele week open, vaak zijn ze van maandag tot en met donderdag gesloten en zo heel veel horecagelegenheden heb je ook niet. Even iets gaan drinken in de kroeg is lastig, je moet toch met de auto om de afstand te overbruggen. In de winter als de dagen kort zijn en het al om 16.00 uur donker is, is er niet veel te beleven buiten. Maar ach, de volgende ochtend ziet het er meestal weer een heel stuk toegankelijker uit en het wordt altijd weer zomer. Overwinteren in een warm land, dat zou sowieso wel iets voor mij zijn en dan in de lente weer terug naar huis. Ik hou enorm van het rustige en gemakkelijke van het leven hier. Ik hou van eten, koken met en voor mensen en van wandelen en dat laatste kan ik hier uren. En ik hou van schrijven natuurlijk. Schrijven maakt me eerst heel ongelukkig als ik nog niet precies weet hoe vorm en inhoud moeten zijn, maar later, als alles op zijn plek valt, maakt schrijven me heel gelukkig. Ik ben een avontuurlijk mens, ik ben heel vaak verhuisd in mijn leven. Inmiddels wel zo’n twintig keer, waarvan vier keer in dezelfde stad, maar nu heb ik mijn bestemming wel gevonden, geloof ik. Ik heb hier nog elke dag een vakantiegevoel en ik denk dat dat zo zal blijven. Toen ik hier pas woonde heb ik als een echte toerist heel de provincie door gescheurd, maar inmiddels weet ik aardig de weg. Ik versta de taal, ken de mensen en de mensen kennen mij. De meeste mededorpsbewoners vinden het heel leuk dat ik over hen heb geschreven. Het is ook wel een beetje een eerbetoon aan Friesland geworden. En dat is terecht, want deze plek was het perfecte decor voor de noodzakelijke veranderingen in mezelf. Ik heb een doorstart gemaakt, zo voel ik dat, mijn leven heeft een nieuwe vorm gekregen. Eén waar ik heel blij mee ben.”
-
Ik werd vanmiddag (zaterdag, 30 november 2019) door mijn overbuurvrouw op u geattendeerd. Dus thuisgekomen meteen uw nam ingetypt. Wat schrijf uw heerlijk. Mijn complimenten. -
Na lezing “de mens is onbarmhartig. Tot het moment dat de zeis vervaarlijk boven het eigen hoofd zwaait” wat ik een zeer lezenswaardig art. vond vroeg ik mij af . “ Wie is Petra Possel?” Even op Google en ik las een art. dat volgens mij eerder in de LC gestaan heeft over een dorpje in Friesland dicht bij Workum. Is het dorpje Gaast. Ook dit artikel ( gelezen als ervaringsdeskundige, ook partnerverlies en nieuwe start ) zeer de moeite waard. Lees sinds kort de NRC en ben verrast over de vaak goede vertalingen/columns . Blijf je volgen. Groet, Mient Boonstra -
ik vind het wel jammer dat je niet in een leven na dit leven gelooft. Bewustzijn houd niet op met de dood. Jan leeft voort in een andere demensie. Ik houd niet van religie. Dat is alleen maar om mensen onder de duim the houden maar ik ben wel spirutueel. Ik geloof in een leven na dit leven. Als je van lezen houd zou ik het boek van Raymond Moody aanraden, Life after life. Op YouTube kun je NDE (Near Death Experience) opzoeken. Er zijn duizenden mensen die zo een situatie hebben meegemaakt en sommigen waren atheisten net als jij. Verder is er geen leven zoals leven op het platteland. Ik zelf woon ook in een klein dorp . Je komt tot rust. Het leven in Mokum is druk. Vroeger woonde ik in Amsterdam oost bij de middenweg in de buurt. Amsterdam is leuk voor een blauwe maandag en dan hebben we het wel weer gezien. Bedankt voor je verhaal . Het was interessant.